Bobby

Op 5 juni 1968 wordt de populaire senator Robert F. Kennedy neergeschoten in het Ambassador Hotel in Los Angeles. 26 uur later zou hij overlijden aan zijn verwondingen. Deze historische nacht wordt tegen de achtergrond van culturele kwesties geplaatst die de Verenigde Staten op dat moment in hun greep houden waaronder racisme, klassenverschillen en de oorlog in Vietnam.

Bobby volgt op indrukwekkende wijze de verschillende mensen die om de een of andere reden op die vierde juni in het Ambassador Hotel aanwezig zijn. Veel van hun verhalen schetsen de tijdsgeest en geven het gevoel weer dat in Amerika heerste. Je hebt het keukenpersoneel waar de verschillen tussen de rassen duidelijk zichtbaar zijn. Er is de wijze hoofdchef (Laurence Fishburne), de racistische manager (Christian Slater) die zijn personeel niet wil laten stemmen en de Latino werknemers die geen rechten lijken te hebben. In het hotel treedt nachtclubzangereres Virginia Fallon (Demi Moore) op. Zij is op haar retour, heeft haar heil in de alcohol gezocht en vertelt haar sores aan de schoonheidsspecialist van het hotel (Sharon Stone) die juist op deze dag achter het ontrouw van haar echtgenoot (William H. Macy) komt. Tegelijkertijd maken Kennedy’s campagnemedewerkers en andere gasten zich op voor Kennedy’s feestje dat later die avond in het hotel zal plaatsvinden. Gebruik van archiefbeelden maakt het geheel levensecht en toont eens te meer aan dat Robert Kennedy een van de groten van de twintigste eeuw was. Melancholische herkenning voor diegenen die zich Kennedy herinneren, een introductie voor een nieuwe generatie.

“Estevez ontrukt Kennedy’s woorden van hoop en inspiratie, van verdraagzaamheid en meelevendheid aan de vergetelheid en geeft ze nieuwe betekenis” (Volkskrant)

“Brilliant! …One of the best pictures of 2006…A remarkable film” (Amerikaanse pers)